‘Is het bestuur van het pensioenfonds niet iets voor jou?’ Dat vroeg bestuurslid Ed Vervoort in december 2020 aan Arno Voets (45 jaar). Die vraag bleek een schot in de roos, want Arno had daar zeker oren naar. De rest van het bestuur vond het ook een goede zet van Ed. En zo werd Arno aspirant-bestuurslid van Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland. Een mooi moment om hem nader aan u voor te stellen.
‘Ik ben de financieel controller van Smurfit Kappa MNL in Eerbeek, Loenen en Soest. Ik kende het pensioenfonds al goed, en wist vrij goed wat er speelde. Bovendien heb ik in het verleden vaker met pensioenfondsen en het pensioenstelsel te maken gehad. Het was dus niet zo vreemd dat Ed bij mij aanklopte.
Ik hoefde daarom niet lang na te denken of ik bestuurslid wilde worden, want dat vind ik een enorm interessante rol om te vervullen. Ik draag graag mijn steentje bij. Zorgen dat alle belangen goed worden behartigd. Dus niet alleen de belangen van de werkgever en de werknemer, maar ook die van oud-werknemers en collega’s die inmiddels met pensioen zijn. Pas besluiten nemen nadat al die belangen gewogen zijn. Dat is een belangrijke taak voor het pensioenfonds.’
‘Ik werk sinds 2002 bij Smurfit Kappa, dus ik ken hier heel veel mensen’
‘Ik kende het pensioenfonds dus al vrij goed, maar ook de mensen waar we het allemaal voor doen: de deelnemers, oud-deelnemers en de gepensioneerde deelnemers. Logisch, want ik werk al sinds 2002 bij Smurfit Kappa. Dan leer je veel mensen kennen. Zeker als je - zoals ik - op veel verschillende locaties hebt gewerkt. Ik begon in Eindhoven; daarna volgden onder andere Baarn, Helmond en Oosterhout. En sinds 2018 in Eerbeek. Eigenlijk ben ik iedereen tijdens mijn carrière wel een keer tegengekomen.
De bestuursleden kende ik ook al allemaal, nu leer ik ze nog beter kennen. Voorlopig ben ik nog aspirant-bestuurslid van het pensioenfonds. Ik ben gewoon bij alle vergaderingen, doe mee met alle discussies en krijg ook alle informatie die de andere bestuursleden krijgen. Alleen als er gestemd moet worden, telt mijn stem niet mee. Al hoorde ik van directeur Marco Kiewiet dat het bestuur nog nooit over een besluit heeft hoeven stemmen. Dus die kans is wel erg klein.’
‘Het kan zomaar een jaar duren voordat ik mijzelf volwaardig bestuurslid mag noemen’
‘Voor mij is het echt leren in de praktijk. Ik hoor van iedereen dat het wel een jaar duurt voordat je alles hebt gezien en het besturen helemaal in de vingers hebt. Dus daar ga ik voorlopig maar vanuit. Ik ben wel verbaasd wat er allemaal achter de schermen gebeurt bij een pensioenfonds. Al die mensen waar je mee te maken hebt: het verantwoordingsorgaan, de visitatiecommissie en meerdere commerciële partijen. Dat is voor mij echt een eyeopener!
Voorlopig dus vooral veel leren. Zo word ik langzaam voorbereid op mijn gesprek met De Nederlandsche Bank. Want je kunt alleen bestuurslid worden als je door de toezichthouder bent goedgekeurd. We zijn daarom bezig met een intensief opleidingstraject. Waar schiet mijn kennis nu nog tekort? Welke onderdelen kan ik eventueel overslaan? Dat traject zijn we nu aan het inkleuren. Zo word ik langzaam klaargestoomd voor mijn gesprek met DNB.’
‘Ik wil een allround bestuurder worden, dit is een enorm interessante periode’
‘Ik heb natuurlijk een financiële achtergrond. Daarom ligt het misschien voor de hand dat ik mij binnen het bestuur vooral met financiële aspecten ga bezighouden. Daar hebben we het trouwens nog niet over gehad. Helemaal prima wat mij betreft. Ik wil alle aspecten waar het bestuur mee te maken krijgt kunnen doorgronden.
Want dit is een enorm interessante periode voor het pensioenfonds. Onze dekkingsgraad is te laag, dus werk aan de winkel. Gelukkig is er een degelijk herstelplan, daar heb ik alle vertrouwen in. Al blijft een lage dekkingsgraad natuurlijk altijd een uitdaging.
En er komt natuurlijk een nieuw pensioenstelsel op ons af. Hoe gaan we daar als pensioenfonds mee om? Welke keuzes gaat het pensioenfonds maken? En: hoe zorgen we ervoor dat we de belangen van alle partijen goed in het oog houden? Een boeiende periode; ik leer heel snel heel veel. Ja, ik ben echt met mijn neus in de boter gevallen!’